woensdag 13 april 2016

Roze wolk!

Ik houd niet van roze. Nooit gedaan ook. Toen ik op kamers ging kreeg ik van mijn oudere zus met sinterklaas een glazen theepot met roze deksel, met twee roze bekers en een roze theelichtje. Trots en blij met het eerste deel van mijn eigen 'uitzet'. Maar waarom nou roze, dat past niet bij mij! 
Shadow arresteert de roze bever.

Altijd mijd ik roze kleding. Mopper tegen manlief over die stomme producenten van sportkleren die "altijd weer denken dat vrouwen roze willen". Ik wil gewoon andere frisse vrolijke kleuren. Blauw bijvoorbeeld. 

Ineens sta ik in een winkel in Noorwegen een paar handschoenen te passen. Roze. Knalroze. Fluorescerend bijna. En ik ben verliefd. Hoewel de grijs-zwarte variant eigenlijk beter zit wil ik toch deze hebben! Ik verwonder me over mezelf. Sinds wanneer houd ik van roze? En waarom eigenlijk? 
Hebbes - Happy hond! 

Het begon denk ik een jaar of twee geleden, een beetje sluipend. Met een roze pluche konijn voor Shadow. Gevolgd door een knalroze, piepende bever. Een shawl van Desigual met felle kleuren inclusief roze bloemen. Mijn de klompen voor in de tuin. Niet praktisch donkerblauw maar knalroze. 
Oh ja, het knalroze hardloop shirt dat ik ooit per ongeluk via internet kocht en wat lang onderin de kast lag, is weer boven komen drijven. Ik loop er graag in tegenwoordig.  Want die grijze shirts zijn zo saai. Net als die donkerblauwe klompen. En die grijze handschoenen. Ik wil niet saai zijn. En nog een beetje meisjesachtig? Uhoh. Midlifecrisis!

Ik doe de handschoenen weer uit. Hang ze terug. Loop naar manlief die aan de andere kant van de winkel naar langlaufstokken staat te kijken. Zeg dat ik een paar



knalroze handschoenen wil kopen. Ok? "Als ze lekker zitten, vooral doen" antwoordt hij diplomatiek. Hij oogt niet diep geschokt of verontrust. 

Ik loop terug richting het handschoenenrek. Onderweg bekijk ik mezelf kristisch in de spiegel Er zijn wat rimpels bij gekomen de laatste jaren. En wallen. Vooral die. Het was een taaie natte winter. Weinig vrolijks aan. Zorgen op het werk en over vrienden en familie. Ik ben moe en niet fit. Fitter worden kost me ook steeds meer moeite. Daaraan merk ik eigenlijk het beste dat ik geen twintig meer ben. Ik neem mij voor deze vakantie daarin weer een stap te maken. Niet zo moeilijk met mijn meest geliefde sport; langlaufen. Twee weken spelen in de sneeuw zouden moeten helpen. Maar daarvoor heb ik dus nieuwe handschoenen nodig. 
Therese Johaug. Dus. 

Ik bedenk nog een belangrijk koop-argument. Ze zijn uit lijn van Therese Johaug! Haar foto hangt eraan op een kaartje. Kan ik manlief ook nog blij maken: kan hij haar eindelijk boven zijn bed hangen. 
Wat een flauwekul argumenten eigenlijk. Ik wil gewoon kleur! Als ik hier vrolijk van wordt, dan ben ik maar een-iets-te-jeugdig-geklede-op-Therese-Johaug-willen-lijkende-vrouw-die-daar-eigenlijk-te-oud voor is. Voor alle zekerheid koop ik wel beide paren. Dan kan ik ook nergens spijt van krijgen. Want de grijze zitten echt beter. 

Maar een waarschuwinsbelletje rinkelt wel. Waar ligt de grens? Ik beloof de heren dat ze geen roze tuigen zullen krijgen. Ik beloof mezelf geen roze broeken of floddertruien. En U als lezer vraag ik dit: zodra ik ga schrijven dat ik eigenlijk een hele gekke meid ben, wilt u me dan op de vingers tikken? Want dan ben ik echt saai. En oud. Dan wordt het hoog tijd om te stoppen met schrijven en iets niet saais te gaan doen! 

PS: even speciaal voor mijn zus: die bekers kwam ik bij onze laatste verbouwing nog tegen op zolder. Ik deed ze nu weg, dus ruim 20 jaar na dato. Met weemoed. 

PPS: ik zocht eigenlijk een foto van Therese Johaug met "haar" roze handschoenen. Draagt ze overal alleen maar knalblauwe. Mijn andere favoriete kleur voor sportkleding..



donderdag 7 april 2016

I Norge - Rondane 2016 - Vrijheid

Als laatste zien we zijn zwarte pluimstaart over de horizon verdwijnen. Hij stopte nog even toen ik hem riep. Keek naar mij. Keek naar de lokkende verte. Aarzelde kort. De lokkende verte won. 
Shadow komt braaf terug stormen
Ik vloed binnensmonds. Eigenwijze dondersteen. Manlief en ik kijken elkaar aan en zuchten. Halen zuchtend onze schouders op. Je doet er zo weinig aan maar het irriteert ons wel. We kunnen nu niet anders dan afwachten. Tegelijk is daar ook die eeuwige angst bij eigenwijze loslopende donderstenen. WAs die staartpunt het laatst wat we ooit nog van hem zagen..
We herhalen de argumenten: echt ver gaat hij niet, er is hier niks, er kan niks gebeuren. Maar toch halen we opgelucht adem als vijf lange minuten laten de cavalerie weer aan komt stormen.
Opgelucht maar ook een beetje kwaad. We gunnen hem de vrijheid maar hij hoort wel enigszins in onze richting mee te blijven bewegen. Anders wordt het weer een lijntje. Wat we beiden niet willen. 
Spot houdt ons ook goed in de gaten
De zwarte meneer weet het. Nonchalant remt hij vlak voor ons af. Loopt in een boogje om ons heen. Kijkt ons niet rechtstreeks aan. Snuffelt wat in de berm. 
Dat zijn actie niet werd gewaardeerd benadruk ik nog even door hem nu wel aan te lijnen en zo het laatste stukje mee te nemen. Gedwee hobbelt hij met slappe lijn mee. Verdacht braaf. Wat gelukkig ook zo blijft. 
Tot die keer later in de week: dan doet hij het nog een keer. De andere weg kiezen dus. Wij lopen over een van onze eigen sneeuwschoenpaadjes. Op de splitsing kun je kiezen: de bult op of er omheen. Shadow loopt op het pad er omheen. Wij staan bij de splitsing en roepen hem terug. Dat doet hij braaf. Als wij vervolgens toch het pad eromheen nemen, kijkt hij ons even vuil aan. En neemt de route naar boven. De boodschap is duidelijk. Niet meer "voor niks" terugroepen graag! En eerlijk gezegd: dit keer snap ik hem wel. Tenslotte moet het voortouw nemen soms ook niet ontmoedigd worden. 



De heren kiezen het pad over de heuvel. 

Het blijft hard werken in de sneeuw - zelfs in onze sneeuwschoen sporen

woensdag 6 april 2016

I Norge Rondane 2016 - De aankomst

Als de auto van de huttenbaas is weggereden, daalt er een diepe stilte neer over onze berg. Behalve ons huisje, staan er nog 2 andere maar die zijn niet bewoond op het moment. De koude lucht prikkelt in mijn neusgaten. 
Gewoontegetrouw wil ik de honden aanlijnen als we ze uit de auto halen. Ze zijn ongedurig na de lange reis. Maar dan kijken manlief en ik elkaar aan. Er is hier niks in de buurt. Geen huis. Geen doorgaande weg. Alleen sneeuw. Heel veel diepe sneeuw. 
We zetten het hok open en genieten van 2 heren die wegstuiven om vervolgens pontificaal kopje onder te gaan in de sneeuw. 
Auto uitpakken, kopje thee en de dan op stap! Met de sneeuwschoenen onder zakken we nog tot onze knieĆ«n of verder in de sneeuw. Ik loop als tweede en dus is het voor mij wat makkelijker. De heren gaat het echter niet snel genoeg dus proberen ze ons in te halen. Shadow verovert de koppositie en wil die niet laten gaan. Hij wisselt ploeg-stap af met spring-duik. Wij knikken elkaar toe: die is vanavond wel moe. Uiteindelijk geeft ook hij het op en hebben we de vreemde gewaarwording van twee honden die achter ons aan lopen. Dat zijn we niet gewend. 
De avond begint te vallen als we weer bij het weggetje naar ons huis uitkomen. Dat is geveegd en hier is de sneeuw een stuk minder diep! De heren racen gezamenlijk naar de voordeur. Voldane blik op hun smoel als wij aangesloft komen. Toch als eerste thuis! 

Shadow overziet zijn nieuwe koninkrijk. Het huis op de achtergrondis leeg, ons huis staat er schuin tegenover. 

We worden achtervolgt! 

Spot baant zich een weg door de sneeuw - hard werken!

Avond-sneeuw-zwemmen

En dan kun je je beter strekken om bij dat takje te komen dan een stap vooruit doen! 

vrijdag 25 maart 2016

I Norge. Rondane 2016. De heenreis.

Kiel 6 maart 2016
Voor ons in de rij staat een grote Mercedes met een Pools kenteken. Dat eindigt op het woord "NORGE". Vast geen toeval. Een geblondeerde, zonnebank-bruin-uitgedroogde dame stapt uit. Gucci tas in de hand. Of toch Vuitton. Geen idee eigenlijk. Twee grote gouden oorbellen doen haar oorlellen extra uitlubberen. Uit de tas komen een zachtblauwe en een zachtroze flexilijn. Nog meer honden dus. Door de achterruit van de auto zie ik een hondenhoofd heen en weer gaan. Een groot hoofd. Niet zo passend bij deze dame, die wiens roze gelakte vingers nu twee grote prikbanden uit de tas halen. Manlief en ik kijken elkaar aan. Uhhh. De klep gaat open en twee enorme honden steken hun hoofden nieuwsgierig naar buiten. Type Molosser. Ze staren ons intens aan. Moeten deze echt mee op de boot? Dat gaat nog gezellig worden..

Met nuffige gebaartjes gaan de prikbanden om de stevige nekken van 50-60 kg waakhond. Gelukkig lopen ze daarna braaf mee met mevrouw en meneer. Meneer is wat ouder, grijs haar en baard en vriendelijke glimlach. Soms snap je combinaties niet.
Het blijken een reu en een teef, aan de namen op de roze halsbanden te zien. Shadow vindt ze erg spannend, vooral als de man ze recht op onze auto af laat lopen "om gedag te zeggen" terwijl de heren nog in hun hok zitten.

Eenmaal op de boot installeren we de heren in de bench het verste van de Poolse Brigade vandaan. Deze blijkt zeer eensgezind in hun waakgedrag en beschouwd de bench als hun terrein. Omdat ze - heel handig - in het voorste hok zitten moeten we er een paar keer langs. Een woest blafconcert volgt en de heren willen wel even terug rellen. Wat wij dan weer niet goed vinden.

De enige andere hond in de benches, een zwarte Labrador, kijkt ons wat triest en gelaten aan. Hij vindt het ook duidelijk maar niks, dat drukke gedoe. Dat de husky heren de overtocht zo ook geen onverdeeld genoegen vinden blijkt 's morgens uit de staat van de fleece-deken. Die vinden we in snippers terug. Wanneer we van de boot af mogen, wil Spot zo graag in de auto dat hij niet wacht tot ik het hok open heb. Hij vliegt de bumper op en staat daar te balanceren. Wat onhandig til ik de 26 kilo husky er weer af zodat Hans het hok open kan maken. Met een zucht van verlichting gaat meneer liggen. Eindelijk rust!
Als we een kwartiertjes later op Bygdoy in de sneeuw staan is het leed alweer geleden. Uitgebreid plassen, poepen, even los rennen samen op het strand, een hapje eten en het vakantie feest kan beginnen.

woensdag 24 februari 2016

Effe naar buiten


Het was niet helemaal mijn dag. Ik ben moe. Slaap slecht. Maak me zorgen over dingen en kan dat slecht loslaten. Tijd dus om even rust te nemen en waar gaat dat beter dan buiten met de honden. Zeker nu ook nog eens droog was en de zon een beetje scheen. Op pad door het Beesel's broek met de heren: 

Shadow overziet zijn koninkrijk
Het gras danst in het reeenweitje


"zuster Anna ziet gij al iets komen" ? -Bij voorkeur verse reebout


Behendigheid onderweg
Zilveren stammetjes

Voorbodes van de lente (Hatsjoe...)


Onderweg kwamen we ons immer vrolijke buurmeisje tegen





zaterdag 13 februari 2016

Speurneus 1: Spot

We hebben een nieuw hobby, de heren en ik. We doen aan "mantrailing". Ooit van origine bedoelt voor bloedhonden om weggelopen slaven op te sporen, is deze onvriendelijke bezigheid geevolueerd van het opsporen van slachtoffers of misdadigers tot het vinden van de mevrouw met de worst.

Het duurt even voordat Spot het spelletje door heeft. Zo belanden we soms ineens in een sloot met konijntjes, of achter struiken waar konijntjes wonen. Trouwens nooit geweten dat er zoveel konijnen wonen op industrieterreinen.

Maar ook hier geldt: al doende leert men. Spot verbaast mij door in het bos juist heel goed op het spoor te blijven, de hertensporen negerend. Ik verbaas de trainster door zo achter hem heen over een boom heen te vliegen. Spot is namelijk nogal van de korte routes. Als de spoorloper met een bocht om de omgevallen boom naar links loopt en zich vervolgens rechts van ons verstopt, snijdt hij de bocht gewoon af. En aangezien meneer tegenwoordig goed kan springen, mag ik dat dan ook demonstreren.

Spot speurt zoals hij is: onbesuisd. Schiet kruisingen voorbij en gaat dan wat anders doen. Jaagt willekeurige voorbijgangers de stuipen op het lijf door op ze af te springen om te kijken of zij de worst bij zich hebben. Jaagt mij de stuipen op het lijf door ineens een tuin in te springen (kat?) en me zelfs een keer ondersteboven te trekken (konijn). Eindigt aan de verkeerde kant van een gebouw en wil dan het liefst er doorheen gaan in plaats van er omheen.

Maar.. gaandeweg wordt hij slimmer. Iets beheerster. Leert hij dat hij zelf een kruising uit kan werken. Leer ik -een klein beetje- zien of hij aan het werk is of aan het "klootviolen". Plasje doen = ik ben het spoor kwijt en ga wat anders doen. Uitschudden = waar is dat verdomde spoor nu dan, help me. Maar met zo'n hoge speurder blijft het moeilijk. Spot speurt namelijk niet met zijn neus op de grond maar met de neus in de lucht. En aangezien hij altijd met zijn neus in de lucht loopt te snuiven voor lekkere luchten is het verschil soms moeilijk te zien.

Het mooiste is als het hem lukt, als hij iets moeilijks uitgewerkt krijgt en de mevrouw of meneer met de worst vindt. Dan is hij zo beretrots. Daarvan leer ik dan weer dat hij niet altijd dwars is uit onwil maar dat hij echt moeite heeft om zich te concentreren. Mijn ADHD husky-heer. Vergat ik de eerste keer nog om hem dat te vertellen, tegenwoordig vieren we samen een feestje. Die snoet is dan namelijk goud waard - en worst!



Spot in actie is te zien op:

https://youtu.be/eWUxnsJ9hdA

dinsdag 9 februari 2016

Herinneringen aan Chenak en Janouk: dag 'noukje

We lopen over Piccadilly circus in Londen als de telefoon gaat. De dierenarts! Ik houd de telefoon tegen mijn oor en loop een wat rustiger zijstraatje in, bang om een woord te missen. Janouk is die middag onder het mes omdat hij bij de oppas helemaal niets wilde eten en ik maak mij zorgen. 

Het is niet goed. Zijn darm is kapot. Minsten drie gaten, nog nooit zowat gezien, zegt onze ervaren dierenarts. Hij moet veel, heel veel pijn hebben gehad want het maagzuur loopt zo de vrije buikholte in. 
Mijn benen kunnen mijn gewicht niet meer dragen en ik laat mij op de rand van de stoep zakken. Ik slik krampachtig en wil wat zeggen maar het lukt me bijna niet. Tranen wellen uit mijn ogen. Ik slik nogmaals en vraag met verstikte stem of hij het ook aan Hans wil vertellen. “Natuurlijk” zegt hij en ik geef de telefoon over. 
Met mijn hoofd op mijn armen begin ik te snikken. Ik huil en kan niet meer ophouden. Hans praat verder. Natuurlijk moet hij nu niet meer wakker worden. Met betraande ogen kijk ik naar Hans en knik heftig en instemmend. 

Ik wil naar huis. Nu. Ik wil niet in Londen zijn maar thuis, hem nog een keer zien. Helaas lukt dat niet. De vluchten naar Nederland zitten vol of zijn belachelijk duur. Het maakt nu toch niet meer uit. 

Hans heeft inmiddels het gesprek afgerond en daar staan we dan. Hartje Londen in een bubbel van misere. Ook zijn ogen zijn rood. We kunnen het niet echt geloven, het is zo onwerkelijk. Onze bikkel, die zolang wij thuis waren gewoon doorgelopen is. Drie dagen geleden nog een heerlijke lange wandeling met Hans heeft gemaakt. Ok, hij was wat teruggetrokken was de laatste tijd. Wij dachten door de komst van de pups. Kwakkelde wat met af en toe diarrhee en at niet zo goed. Misschien wat verkeerds gegeten, tenslotte snaaide hij wel vaker wat van straat. Och arme, wat moet hij zich ziek gevoeld hebben. Pijn gehad hebben. Wij hadden het niet door. 

We lopen nog een ronde door het park, drinken thee. We moeten door. Die avond gaan we toch maar uit eten. We hebben een “weet je nog” gesprek. Over al die mooie en gekke dingen die we met hem beleefd hebben. Ook daar lopen de tranen over mijn wangen en komt de serveerster vragen of het wel gaat. Ja, het gaat. Ik ben verdrietig maar we vieren tegelijk ook zijn leven, met alle ups en downs

Terwijl ik dit schrijf biggelt weer een traan over mijn wang. Ik snuf maar kan het niet stoppen. Ik snuit mijn neus en kijk om me heen. Een paar mede-passagiers staren besmuikt naar me, hier middenop de drukke luchthaven van Geneve. Ik snuif nogmaals en veeg mijn ogen af. Wat kan het me eigenlijk ook schelen, als mensen het raar vinden. 

Ook nu, 4 jaar later ben ik nog weleens verdrietig, Minder heftig, minder intens. Wat ik het ergste vond is dat ik er niet bij was toen hij ingeslapen werd. Dat heeft me lang achtervolgd. Alsof ik hem in de steek had gelaten. Terwijl hij waarschijnlijk juist besloot dat hij wel mocht gaan als wij weg waren. Ongetwijfeld op weg naar Grote Broer Chenak om samen de Eeeuwige Sneeuwvelden onveilig te maken. 
Soms voel ik hem ineens heel dichtbij, mijn zachte beertje. Zoals op die vakantie in Noorwegen. De eerste keer zonder “nak en ‘nouk en ik hoopte zo op Noorderlicht. Maar zoals het echt husky’s betaamt kwamen ze opdagen uit onverwachte hoek. Met een regenboog bij zonsopgang. 




Op vakantie in Noorwegen onder de wax-bok. Geeft niet als je mee gewaxed wordt...
Zo lag hij ook altijd bij Hans onder de zaagmachine 

Thuis op de tuinbank in het zonnetje, de enige bank waar hij wel eens op durfde te kruipen



Samen met Chenak in de sneeuw op vakantie in Oostenrijk (Tauplitz Alm)
Rennend op het strand in Zeeland - enkele maanden voor zijn dood

Even wat bijscholing in de Meinweg

Hij vond ook alles goed wat we deden- zelfs dekentjes

Onderweg in Noorwegen

Mijn bi-eyed boy op de laatste vakantie in de sneeuw - Reit im Winkel

De laatste foto, kort voor zijn dood. Even rust gezocht weg van de puppen.